6 Jan. In den nacht van jl. Zaterdag op Zondag ontstond een hevige brand te Straebeek, onder deze gemeente. Omstreeks middernacht werden de schuur en stallingen, toebehoorende aan den heer Croon, gemeenteraadslid, door brand vernield. Het vuur verspreidde zich zoo snel, dat al de ingeschuurde granen en geborgen landbouwgereedschappen eene prooi der vlammen werden. Mede kwamen 7 koeien, 13 varkens en ongeveer 80 kippen in de vlammen om. Alleen aan het dapper optreden der inwoners is het te danken, dat het woonhuis gespaard bleef, Omtrent de oorzaak van dezen brand verdiept men zich in gissingen.
In denzelfden nacht werd ten huize van mevr. de Wed. Neve eene glasruit verbrijzeld. Nog verschillende andere baldadigheden werden dien nacht gepleegd. Door kwaadwilligen werd de rol van den St. Gerlachput verwijderd en het touw doorgesneden, terwijl tevens het O. L. Vrouwebeeldje, staande in het schoone kapelletje, verbrijzeld werd. Moge het den ijverige marechaussees van Valkenburg, die onmiddellijk een streng onderzoek begonnen, gelukken, de daders op tes poren, opdat eene voorbeeldige straf hun niet ontga.