Een sestiende en agt en veertigste part aen huys, hoff, camer en bijgehorende zaaylant gelegen in ’t buirschap Hulshorst so en als die perceelen by Gerrit Lubbertsen in pachte gebruykt en bewoont worden Toestendigh Sijmen Hendrikcks als vader en voogd sijner kinderen en Jacob Vos momber van gemelte onmundigen neffens Eijbert Gerritsen ende Henderickje Jansen eheluyden Tutore marito en Eijbert Gerritsen voornoemt als last hebbende van sijn vrouw en suster Gerritje Jansen en waervoor hij de rato was caverende en hem sterck makende te saemen erffgenaemen van Willemtje Tijssen weduwe van Hermen Willemsen in leven eheluyden

Anno 1728 den 19e april het bovenstaende vercoft en getransporteert aen Jan Rijndertsen ende Aeltjen Driesen eheluyden en haer erfgenaemen haere respective 16 en 48 parten als sij twee staaken yder in ’t bysonder waeren hebbende en haer toebehoorde aen voorschreven perceelen te saemen voor een summa van 132 guldens vrijgelt ter vercoperen genoegen aengestelt en voldaen breder vermelt de orginele vertoonde acte door dominus F. Martinius namens de transportanten en Tilman Bon en Eijbert Jansen Vos als geerfden betekent en besegult quo relatio
Geregistreert den 13 may 1728