Het vrij compleet bewaard gebleven archief, na de opheffing van het waterschap overgebracht naar de archiefbewaarplaats van het waterschap Tjonger-Compagnonsvaarten, had een omvang van 10 m. Het was oorspronkelijk grotendeels seriematig geordend, met naast de series losse mappen met stukken over bepaalde onderwerpen. In 1957 werd besloten tot het invoeren van het "decimale registratuurstelsel", in dit geval de code van de Unie van Waterschapsbonden, de latere Unie van Waterschappen. In het vervolg werden de stukken zaaksgewijs op onderwerp geborgen volgens de rangschikking van deze code. Ook het oud-archief werd in de jaren vanaf 1957 voor een groot deel herordend volgens de code. Doordat dit niet altijd met de nodige zorg gebeurde, raakte het verband tussen veel stukken zoek.
Bij de inventarisatie werd het onderling verband, voorzover mogelijk, weer hersteld. Om praktische redenen is verder de status quo zoveel mogelijk gehandhaafd. De stukken werden gerangschikt volgens het ook elders toegepaste standaardschema. Na opschoning en inventarisatie is de omvang van het archief geslonken tot 2.40 m.