behorende, jaarlijks belast met 2 malder en 2 vaten roggepacht( Graafse maat) en 4 stuivers thijns a/h Comptoir van Zijn Hoogheid te Grave, idem 1 ½ malder roggepacht en 9 stuivers a/d Dhr. van Koningsvrij, verder vrij allodiaal erf, uitgezonderd het contingent in de gemeente-ambts-dorpslasten en schattingen. Comparanten verbinden ook hun personen, hebbende en te verkrijgen goederen, waar ook vindbaar, submitterende aan alle Heren, Hoven, rechten en rechters en wel speciaal de judicature van het Land van Cuijk. Het recht van de 40e penning is aan W.G. van Oijen betaald. En compareerden ook Hendricus Geurts Mulders en Hendrina Hendrix, weduwe van wijlen Jacob Hulsman, de weduwe Hulsman geassisteerd door Daniel van Walsem als in deze haar gekoren momboir. Zij verklaren tot meerdere verzekeringen van genoemde Cornelis Willem Heinsius en Susanna Maria Bosveld, e.l., hun erven en rechtverkrijgenden zich tesamen en ieder in solidum zich te stellen als borgen een voor al en elk als principaal voor al hetgeen, na verkoop van de speciaal verbonden vaste goederen en zoveel van de generaal verbonden goederen als genoemde Heinsius en Susanna Maria Bosveld, e.l., hun erven en rechtverkrijgenden zullen goedvinden aan het kapitaal van 1000 gulden met de daarop vervallen rente en kosten maar enigszins zal tekort komen , daarvoor verbinden hun personen en goederen waar deze ook vindbaar mogen zijn, onder gelijke submissie als voor. . In de marge: Compareerde voor ons rechtspersonen van de Hoofdbank van Cuijk Johannes Carel Heinsius als gevolmachtigde van zijn broer drossaard Cornelis Willem Heinsius, die verklaarde dat het kapitaal van 1000 guldens vermeld in nevenstaande obligatie en verbandsbrief met 1 jaar intrest, samen 1040 guldens in zijn handen zijn voldaan door Lt. Kolonel L. Spengler als koper van de speciaal verbonden onderpanden met het verzoek de obligatie en verbandsbrief ten protocolle te royeren hetgeen bij deze geschiedt d.d. Cuijk 19 December 1784.